Hallo W126 liefhebbers,
Hierbij wil ik me voorstellen.
Mijn naam is Sander, ben 40 jaar en ik woon in de gemeente Voorst met mijn gezin.
Ik ben in 2009 besmet geraakt met het oldtimersvirus. Collega's, kennissen en vrienden reden Jaguars, Volvo's, MG's, een jeep en Mercedesen.
Ik ben op zoek gegaan naar een mooie Mercedes W123. Deze heb ik eind 2009 aangeschaft. Het werd een 300TD. Het doel van mijn hobby is bezig zijn. En dat was dan ook nodig. Er zat laswerk aan en de vloerbedekking was zwaar versleten. Dit zijn dan ook net de dingen wat ik kan. Motorisch ben ik een kluns. Omdat er dus aan gewerkt moest worden heb ik de W123 in de werkplaats van mijn moeder gestald. Er zat wel een paar maand werk aan, en dat was een probleem omdat mijn vrouw ook mobiel wil blijven. Omdat ze al niet zo'n fan was van mijn nieuwe hobby, besloot ik er gewoon een bij te kopen. Ik dus op zoek naar een W126 want een bekende reed er ook mee en ik vond het een prachtige auto. Na een oriƫntatiefase besloot ik mijn geluk te zoeken in Oosterijk, want de Nederlandse auto's hebben mijns inziens te veel pekel gezien en zijn na verhouding prijzig. Kortom via diverse sites op zoek naar een gave bak. Op een goede dag zocht ik via autoscout24 in Oostenrijk naar een mooie W126. Tot mijn verbazing staat daar een auto tussen op enkele kilometers van mijn woonplaats. Stond het vinkje van Nederland nog aan. Ik erheen en de auto bekeken. Gave auto voor een mooie prijs. Absoluut roestvrij en als ik roest zou vinden dan mocht ik de auto (bij wijze van spreken) gratis meenemen. Ik was verlieft geworden, en dat is niet handig. Omdat er meerdere kapers op de kust stonden, besloot ik reserveringskosten van 250 Euro te accepteren. Wist ik veel dat dit al een aanbetaling was. Dit alles had ik thuis nog niet besproken en mijn actie werd ook niet echt met veel enthousiasme begroet. Mijn vrouw was op zijn minst gesproken niet vrolijk. Ik werd er aldoor zieker van. Hoe had ik zo stom kunnen zijn, en ik wou er het liefst alweer vanaf. Met mijn buurman en tevens garagehouder heb ik de mogelijkheden besproken. De tactiek was dat hij de auto zeer kritisch zou gaan beoordelen, met als doel dat het niet zo goed is dan dat ik er van had mogen verwachten. Dat was de enige mogelijkheid om nog zonder kleerscheuren onder de deal uit te komen. Zo gezegd zo gedaan. Op een mooie Zaterdag de auto door hem laten inspecteren. Schiet hem maar af, zij ik. Maar dat lukte niet en mijn automonteur begon hoe langer hij inspecteerde harder te lachen. Kon die niets vinden om de auto af te kraken. Het advies was zelfs kopen. De auto is het absoluut waard. Pas toen mijn buurman mijn vrouw ervan op de hoogte stelde over de topstaat van de auto (mij gelooft ze toch niet meer) kreeg ik groen licht, en omstond er een scenario waar ik geen rekening meer mee hield, namelijk de aanschaf ervan.
Ondertussen is mijn W123 300TD bijna gereed en moet ik afscheidt nemen van een van de twee. Hierbij heb ik gekozen om de W126 te verkopen. De W123 is een station diesel en ik moet zeggen dat ik een dieselliefhebber ben. Tevens heeft de 280SEL geen aandacht nodig, en het is immers wel mijn hobby om er mee bezig te zijn.
Een leerzame ervaring ben ik weer rijker.
Groet,
Sander